Sjaak van der Velden

Eigengereid Historicus, gepensioneerd maar nog niet in ruste

Mijn Blog

Blog

Vijf dagen in Turijn voor de wetenschap

Posted on 17 December, 2015 at 15:50

Op 13 december vertrokken we met een klein clubje collega's van het IISG (Marcel van der Linden, Leo Lucassen, David Mayer en Astrid Verburg; later kwamen Matthias van Rossum met aanhang ;-) , Daniel de Vito en Stefano Belucci daar nog bij) richting Turijn. Een vlucht van vijf kwartier met onze nationale vliegtrots in zo'n vliegende autobus van Cityhopper. Goede vlucht, plakje cake en een bak koffie verder landden we in de Piemontaanse stad aan de Po. Ons doel was deelname aan de eerste conferentie van de European Labour History Network (ELHN), een initiatief van Marcel. De grote man achter de organisatie van de conferentie, Stefano Musso, haalde ons op en bracht vier man van ons met de auto naar het hotel. Een prachtig themahotel rond kunstschilders in wat verder wel wat trekken van een afbraakbuurt heeft. Maar hoe een buurt eruit ziet, bepaalt gelukkig niet of je er lekker kunt eten. 's Avonds gingen we met tien collega historici naar een restaurant waar ik me heb vergrepen aan een bord Tripa alla salsa. Dat was dus echt de laatste keer in dit leven. Daarna heb ik twee keer bij een heel kleine pizzeria gegeten; een soort snackbar waar de man in een noodtempo pizza's bakte in de houtoven. Drank kon ik zelf pakken uit de koelkast. Geen topzaak, maar ik heb daar wel heerlijk gegeten, Pizza Funghi en Pizza Turinese.


De conferentie begon de dag na aankomst aan de Campus Luigi Einaudi in een hypermodern gebouwencomplex aan de oever van de Dora. In het volle programma waren voor mij twee sessies ingeruimd waar ik de plannen van het IISG voor een Hub Global Labour Conflicts kon presenteren. Dit project dat nu anderhalf jaar loopt, heeft ten doel het instituut tot de internationale draaischijf te maken voor onderzoek naar stakingen, uitsluitingen en andere soorten arbeidsconflicten. Op die draaischijf kunnen onderzoekers hun data inbrengen terwijl diezelfde data op een gestructureerde manier aan de internationale gemeenschap worden teruggegeven. Die structurering wordt door het IISG, op dit moment door mij, verzorgd. In een Powerpoint presentatie heb ik laten zien hoe we zijn begonnen met alle ILO gegevens in een enkele dataset te zetten waarna deze is aangevuld met gegevens over stakingen uit een aantal andere bronnen. Dat heeft geleid tot een bestand waarin de gegevens staan van ongeveer 250 landen, beginnend in de veertiende eeuw. Helaas zitten er nog veel lacunes in en daarom is het belangrijk dat anderen meewerken en hun informatie aanleveren.
Tijdens de eerste sessie waren er vijf bezoekers. Dat is niet veel maar we hadden wel een goede discussie. De tweede sessie was nog minder populair. Er kwam een Japanse collega op af, die echter net van het vliegveld kwam waar zijn bagage was kwijtgeraakt. Na het uitwisselen van onze kaartjes is hij als een speer verder op zoek naar zijn spullen gegaan. Inmiddels weet ik dat hij ze terug heeft.
Wat zich hier wreekte was dat mijn deelname niet echt paste in de opzet van de conferentie. De 250 aanwezigen waren verdeeld over 19 werkgroepen die over het algemeen al een tijd met elkaar bezig zijn een bepaald onderwerp te bestuderen. Dat niemand uit zo'n groep naar een enkeling als ik zou gaan, was misschien wel te voorzien geweest maar is voor mij vooral wijsheid achteraf.
De dagen heb ik vervolgens doorgebracht met het bezoeken van een aantal werkgroepen waar ik diverse collega's heb gesproken die de HUB zeer waarschijnlijk verder kunnen en zullen helpen. Deze aanpak stelde me in de gelegenheid contact te leggen met een Zweed, een Deen en iemand uit Turkije en oude contacten te hernieuwen zoals met de Finse vakbondsman Tapio Bergholm die beloofde me data op te sturen. Daarnaast was ook het lunch overleg met Leonid Borodkin en Irina Shilnikova nuttig in verband met een nieuw data verzamel project dat zij zijn begonnen naar stakingen in het vroege Sowjet tijdperk. Ook sprak ik met twee collega's van IALHI die in 2017 een congres organiseren over e-humanities en daar vrijwel zeker de inbreng van het Hub project gepresenteerd willen zien. Dat vooral omdat er volgens hen wel veel over dit soort projecten wordt gepraat, maar er maar weinig echt van de grond komt. En tenslotte heb ik op een door Matthias en Daniel in de avond georganiseerde Book Launch verteld over het boek Pensioenmiljoenen, de schandalige legale ontvreemding van een enorm vermogen uit het havenpensioenfonds.
Alles bij elkaar is het resultaat me na de eerste teleurstelling niet tegengevallen. En zeker niet meer nadat ik op de afsluitende plenaire bijeenkomst mijn eindverslag had gepresenteerd. Opvallend trouwens hoe ik tijdens het op mijn beurt wachten gier van de zenuwen. Zenuwen die van me afvallen zodra de eerste woorden mijn mond verlaten. Dan ben ik haast niet meer te stoppen. De aanwezigen waardeerden mijn bijdrage geloof ik wel.
Niet alleen werd ik bedankt voor het entertainment gehalte waardoor er na die drie zware dagen nog wat kon worden gelachen. Ik vertelde bijvoorbeeld hoe door mijn aanwezigheid een sessie die in het Frans zou zijn toch in het Engels werd gehouden. Maar belangrijker was dat na afloop twee aanwezigen naar me toekwamen. Het ging om een tweetal Spanjaarden die al een databestand klaar hebben liggen dat ze graag ter beschikking stellen.

Een middag heb ik gespijbeld van de conferentie. Maar niet zomaar. In Turijn is namelijk het museo Egizio gevestigd. Een museum dat al bijna twee eeuwen is gewijd aan de Egyptische klassieke geschiedenis. Hier bewaren ze de Strike Papyrus, een verslag van de eerste staking die op schrift is gesteld. Daar heb ik dus oog in oog gestaan met het verhaal van de werklieden uit Deir el-Medina die rond 1160 voor onze jaartelling het werk neerlegden omdat ze al een tijd niet waren betaald. Ze informeerden de opzichter dat deze de farao maar moest vertellen dat ze honger en dorst leden en dat ze daarom al een paar dagen niet werkten. Ik zal deze staking niet opnemen in de dataset, maar ondanks het gedempte licht en de glazen plaat voor de papyrus was dit een mooi stukje historische sensatie voor een stakingsonderzoeker.
Daarvoor reis ik graag naar Turijn. En even graag weer terug trouwens; dat vond plaats op de 17e december. Moe maar voldaan kwamen we (Matthias, Jeanette Kamp, David en ik) aan op Schiphol.

Categories: Vragen van deze tijd